Met mijn vriend Manfred ga ik naar de Attic Blues Night in Ahaus. Naar onder andere Blues Spam, een band van internationaal niveau. Manfred is een groot fan van Udo Lindenberg, Herman Brood en recentelijk van de Dixie Chicks en hij weet heel veel van de muziek uit de jaren zestig en zeventig. Wat mij na mijn verhuizing vijf jaar geleden uit Nederland naar Bad Bentheim opvalt, is dat er in de Graafschap Bentheim en daarbuiten een echte rockscene bestaat. Bands die op een hoog niveau spelen, festivals met klinkende namen en vele fans die goed op de hoogte zijn van de internationale muziekontwikkelingen na de tweede wereldoorlog. Het beste Rock en Popmuseum dat ik ken, staat in Gronau en ik heb al veel goede bandjes in deze regio zien spelen. Hoe kan dat? Het kwartje viel toen ik een boek over de Tielman Brothers las.
Na de tweede wereldoorlog werd Duitsland opgesplitst in vier bezettingszones: een Amerikaanse, Engelse, Russische en Franse. West-Duitsland kwam onder grotendeels onder Amerikaans en Engels bestuur. De geallieerden wilden Duitsland denazificeren door controle uit te oefenen, niet alleen over het politieke en economische leven maar ook over het culturele leven. In die tijd was de radio het belangrijkste massamedium. Voor de soldaten van de bezettingsmachten werden eigen radiozenders in het leven geroepen. Die legerzenders hadden Engelstalige diskjockeys die voor de soldaten de muzikale ontwikkelingen in eigen land op de voet volgden en de nieuwste singles uit Engeland en Amerika draaiden. Daardoor kreeg in West-Duitsland rock-‘n’-roll en blues snel voet aan de grond. Hadden in Nederland in de jaren vijftig rockbandjes moeite om zalen te vinden waar ze konden spelen (“Deze apenmuziek willen we niet in onze stad”), in West-Duitsland was dat geen probleem. De dienstplichtige soldaten moesten zich in hun vrije tijd kunnen vermaken en wilden de nieuwe muziek uit hun vaderland horen en zien. De autoriteiten verwelkomden juist de komst van clubs en zalen waar rock- en bluesmuziek live gespeeld werd.
Maar ook Duitse jongeren luisterden naar de Engelse en Amerikaanse zenders, gingen naar de clubs waar de plaatjes van Elvis en Rory Storm and the Hurricanes gedraaid werden, bezochten de soldatenclubs waar livemuziek gespeeld werd en … wilden zelf deze muziek maken. (Alleen al om de Duitse meisjes die vielen op de Amerikaanse en Engelse soldaten terug te veroveren!) Daarom dat in West-Duitsland na de oorlog een wijdverbreide blues- rockscene ontstaan is van hoge kwaliteit. Het is geen toeval dat The Beatles in Hamburg doorbraken: een Engelse band in de Engelse bezettingszone. Een ander voorbeeld zijn de Tielman Brothers, de eerste Nederlandse (Indo-) rockband. De Amerikaanse rockers Bill Haley en Elvis waren hun voorbeelden. In 1958 werden ze door Hans-Joachim Kulenkampff naar München gehaald. De Tielman Brothers werden niet beroemd in Nederland maar in Duitsland, beter gezegd in Zuid-Duitsland, de Amerikaanse bezettingszone. Ze speelden Amerikaanse muziek voor Amerikaanse soldaten en vele Duitse jongeren. Daar waren de zalen waar ze konden optreden, daar was het grote geld te verdienen.
The Tielman Brothers: https://www.youtube.com/watch?v=muKkVufgkAE
De Attic Blues Club is gehuisvest in een soort ‘boerderij op de tweede verdieping’. De Blues Night brengt wat het belooft. Blues-Guerrilla opent op een ontspannen manier met een optreden dat iets weg heeft van een jam-session. De gastsaxofonist weet zich uitstekend aan te passen. ‘Come Together’ wordt op geheel eigen wijze gespeeld en is het hoogtepunt. Alleen jammer dat de musici meer met elkaar dan met het publiek bezig zijn. ‘Blues Before Sunrise’ heeft wel uitstekend contact met de volle zaal. Zanger-harmonicaspeler Oskar, wiens oogopslag en motoriek lijken op Angus Young van AC/DC, blaast zijn partijen met een aanstekelijk enthousiasme. De leadgitarist, die weggelopen lijkt uit een roman van Dostojewski, laat zien dat hij in zijn jeugd veel naar Jimmy Page van Led Zeppelin geluisterd heeft. Canned Heat wordt overtuigend gespeeld. En …, weer ben ik verbluft door het optreden van Blues Spam: het technisch vernuft en de tempowisselingen, de originele vondsten om aan blues klassiekers een eigen draai te geven; zelden zie je dit. Bassist Geert, die ook al met ‘Blues before Sunrise’ opgetreden had, vormt met drummer Frank het motorblok van de groep. Heino bracht behalve enthousiasme ook uiterst gevoelvolle tonen voort. En wat Alex brengt, heb ik zelden gezien. De wijze waarop hij achteloos Jimi Hendrix’ (The Greatest) akkoorden door zijn eigen composities weeft, is fenomenaal. Zijn zang was ook zeer verzorgd. Dank, Ahaus, voor de gezellige sfeer. Manfred en ik komen terug!
Blues Guerilla
Blues before Sunrise